Vrijdag 21 november bezocht ik het symposium van de Jan Campertstichting in het Letterkundig Museum, dat als onderwerp had ”Vijf klassieke kinderboeken (1950-1990)”. Het was een vrolijke, interessante dag met heel veel sprekers (en een brandalarm). Omdat een verslag in een keer veel te lang wordt, maak ik van deze week Klassieke Kinderboekenweek. Vandaag deel 1!
Als je naar een symposium gaat over klassieke kinderboeken, dan ga je denken over wat je eigen klassiekers zijn. In de lezingen werden een aantal kenmerken van klassieke kinderboeken genoemd (zie hieronder), maar ik heb voor mezelf nog een kenmerk bedacht. Het boek beïnvloedt je taal. In elk geval je thuistaal. Elk gezin heeft wel bepaalde uitdrukkingen die alleen zij begrijpen. In mijn geval kwamen die regelmatig uit boeken.
Voorbeeld? Het ”iefbusje”, dat is de peper uit Pim en Pom. En ”een man in de beste jaren van zijn leven”, komt uit Karlsson van het dak net als ”figureren en tiriteren”. Eten in je ”maagzak” meenemen ipv in je rugzak, dat komt uit Kinderen van Bolderburen, ”Tijd voor een hapje van het een of ander”: Winnie de Poeh.
Ik geef hier mijn rijtje klassiekers, waarvan nog een ander kenmerk is dat ik ze heel vaak herlezen heb:
Voor het geval ik er een vergat, nog wat foto’s van mijn kinderboekenkast.
Hieronder volgt het eerste deel van de dag van het klassieke kinderboek: de inleiding.
Het symposium was gewijd aan vijf Nederlandse klassieke kinderboeken, te weten: Jip en Janneke, De brief voor de koning, De kleine kapitein, Krassen in het tafelblad, De eikelvreters. Het ging vooral over de schrijvers van deze boeken, maar benadrukt moet worden dat de illustraties net zo’n belangrijke rol speelden bij de waardering van deze boeken.
Helma van Lierop opende de dag met een overzicht van de Nederlandse jeugdliteratuur van de jaren 50 tot de jaren 90. Zij toonde de ontwikkeling van de brave kinderboeken naar de ondeugende, en via de hyperrealistisch maatschappijkritische naar de literaire boeken.
Ook probeerde zij een definitie te geven van wat een klassiek kinderboek is: zo’n boek appelleert aan universele gevoelens en ervaringen. Door middel van een klassiek boek kan een lezer zichzelf definiëren. Later op de dag werd deze definitie nog aangevuld door anderen: een klassiek boek moet opgemerkt worden door de literatuurkritiek en andere schrijvers, maar vooral moet een klassiek boek gelezen worden, en moeten kinderen die het boek lezen dit later door willen geven aan hun eigen kinderen.
Morgen: De eikelvreters van Els Pelgrom
Het was een heel leuke dag! Wat een mooi overzicht van jouw klassieke boeken. Ik herken er een paar. Vooral leuk om te zien dat jij ook een exemplaar van “Duveltjes uit een doosje hebt”. Die heb ik pas bij mijn moeder vandaan geplukt…
Ik ben benieuwd naar je volgende afleveringen…