”Mijn moeder en Duncan begonnen aan hun ‘betovering’ van Charleston. Het eerst namen ze de eetkamer onder handen. De muren werden niet behangen, maar bestempeld. Op een zwarte achtergrond werd een patroon van gouden en gele vierkanten en driehoeken aangebracht, in lange banen van plafond tot vloer. Een oude ronde tafel die ze in Lewes op de kop hadden getikt, werd geschuurd en beschilderd met blauwe cirkels en krullen. Voor de open haard werd een met gele en witte bloemen gedecoreerd scherm neergezet. De crèmekleurige gordijnen werden bedrukt met de wonderlijkste motieven. Zo werd de eetkamer een feest van kleuren en vormen en in de loop van ons eerste jaar in Charleston zouden alle andere kamers hetzelfde lot ondergaan, tot en met de keuken en de wc in de tuin. Geen hoekje, geen stoel, geen kast of kruk ontkwam aan de creativiteit van de twee schilders.”